+31(0)884321888
[javascript protected email address]
Pas op met verschillende algemene voorwaarden
Altijd overzicht?
Werk efficiënt vanuit een bedrijfsaccount.
Altijd de juiste documenten?
Je hoeft geen expert te zijn, die kennis hebben wij!
Zeker weten dat het goed is?
Wij doen graag een extra kwaliteitscheck!

Pas op met verschillende algemene voorwaarden

De rechtspraak is tegenwoordig kritischer bij het gebruik van meerdere sets algemene voorwaarden. Dit kan tot gevolg hebben dat geen van de sets toepasselijk is.

AVC, PD- en Fenex-voorwaarden

Logistieke dienstverleners verwijzen vaak naar meerdere van elkaar verschillende sets van algemene voorwaarden. Dienstverleners die vervoeren onder de algemene vervoercondities (AVC) en ook wel zaken opslaan of voorraad aanhouden onder opslag- of physicaldistribution (PD)-voorwaarden, verwijzen daarnaast graag naar de Nederlandse expeditie of Fenex-voorwaarden. Deze laatstgenoemde voorwaarden - opgesteld door expediteursorganisatie Fenex - zijn populair bij logistieke dienstverleners omdat ze de risico’s van het expeditievak vrij eenzijdig bij de opdrachtgever leggen.

Hoge Raad

De rechtspraak is de laatste jaren kritischer geworden bij het gebruik van meerdere sets algemene voorwaarden. Als niet op een voor de klant begrijpelijke manier is aangegeven welke van die sets voor die situatie van toepassing zijn, maakt geen van de algemene voorwaarden deel uit van de overeenkomst. Dit bepaalde de Hoge Raad in het arrest Visser/Avéro. In een uitspraak van 23 juli 2014 over een geschil tussen Overslagbedrijf Moerdijk OBM en bedrijf ‘A’ heeft de rechtbank Midden-Nederland dat nog eens bevestigd.

Failliet

Wat was er aan de hand? Op het terrein van OBM lag in een loods een partij strooizout van bedrijf A opgeslagen. De partij zout was in opdracht van A door OBM gelost van een schip en eerst buiten op het terrein van A opgeslagen en daarna in opdracht van A in de loods van OBM opgeslagen. OBM heeft deze opdracht aan A bevestigd in een fax waarin een verwijzing staat naar algemene voorwaarden die OBM op de overeenkomst van toepassing heeft verklaard:

‘Op de door OBM verrichte stuwadoorswerkzaamheden zijn van toepassing de Algemene Voorwaarden van de Vereniging van Rotterdamse Stuwadoors gedeponeerd ter Griffie van de (…). Op alle overige door OBM verrichte werkzaamheden zijn van toepassing de Nederlandse Expeditie voorwaarden, (…), geponeerd ter Griffie (…).’

En toen werd bedrijf A - op 23 januari 2013 - failliet verklaard.

Geschil

Na het faillissement van A ontstaat tussen OBM en de curator van A een geschil. OBM meent dat de Fenex-voorwaarden van toepassing zijn omdat de opslag van het zout niet behoort tot stuwadoorswerkzaamheden en dus de Stuwadoorsvoorwaarden niet toepasselijk zijn. Op grond van de Fenex-voorwaarden is OBM ‘pandhouder’ van de partij zout, wat betekent dat het bedrijf recht heeft op de netto-opbrengst van de verkoop van het zout.

Volgens de curator is er echter geen sprake van pandrecht, omdat de Fenex-voorwaarden waarnaar OBM heeft verwezen geen onderdeel zijn geworden van de overeenkomst tussen A en OBM. Volgens de curator is door OBM niet duidelijk gemaakt dat juist deze set algemene voorwaarden op het opslaan van het zout van toepassing is verklaard.

Spraakgebruik

De rechtbank stelt vast dat de sets algemene voorwaarden van elkaar verschillen en dat het daarom van belang is voor A om voor het aangaan van de overeenkomst te weten welke van de algemene voorwaarden van toepassing zouden zijn. Verder oordeelt de rechtbank dat in het algemene spraakgebruik ook het in opslag brengen van de goederen na het laden en lossen onder het begrip stuwadoorswerk wordt verstaan. OBM had er daarom rekening mee moeten houden dat A het begrip stuwadoorswerk zou uitleggen naar het algemene spraakgebruik.

Ten overvloede neemt de rechtbank nog in haar beslissing mee dat in de Fenex-voorwaarden is bepaald dat de Stuwadoorsvoorwaarden (mede) van toepassing zijn. Hierdoor is voor A niet op begrijpelijke en duidelijke wijze aangegeven dat op de overeenkomst tot opslag in de loods niet de Stuwadoors- maar de Fenex-voorwaarden van toepassing zijn.

Tot besluit

De rechtbank Middelburg beslist dat bij de totstandkoming van de overeenkomst niet op een voor A op begrijpelijke en niet onredelijk bezwarende wijze is aangegeven welke van de twee sets voorwaarden deel uitmaakten van de overeenkomst. Dit houdt in dat noch de Stuwadoorsvoorwaarden, noch de Fenex-voorwaarden van toepassing zijn. De opbrengst van de partij zout komt aan de curator en de andere crediteuren toe.

Bron: EVO


10 sep. 2014 at 09:30